Ook als horecabedrijven door de coronamaatregelen gesloten zijn, is het niet toegestaan aan de openbare weg te urineren. Dat merkte een man die tijdens een lange wandeling in coronatijd hoge nood had en beboet werd voor wildplassen.
Een man urineert tijdens een lange wandeling in coronatijd tegen een boom en krijgt daarvoor door een buitengewoon opsporingsambtenaar (boa) een boete voor wildplassen opgelegd van € 140. Het college van burgemeester en wethouders wijst het door de man hiertegen ingediende bezwaar af, waarop hij in beroep gaat bij de kantonrechter (rechtbank Amsterdam). Die verklaart het beroep ongegrond. De man stapt naar het hof.
Overmacht
Daar stelt de man allereerst dat hij de overtreding niet heeft begaan. In de Algemene Plaatselijke Verordening (apv) is wildplassen alleen verboden op plaatsen op of aan de openbare weg. Hij plaste in een park tegen een boom, zo voert hij aan. Een openbare weg was niet in de buurt. Ook stelt hij dat hem van de overtreding geen verwijt kan worden gemaakt: hij had uit overmacht gehandeld. Hij is al op leeftijd en het is algemeen bekend dat veel mensen naarmate ze ouder worden vaker onverwacht naar de wc moeten. Hij maakte een lange wandeling en kwam onderweg geen openbare toiletten tegen. Ook kon hij geen gebruikmaken van een wc in een horecagelegenheid, omdat deze vanwege de coronamaatregelen alleen op afspraak mochten worden bezocht.
Openbare weg
Het hof volgt de man niet in zijn betoog. In zijn beroepschrift heeft hij zelf verklaard dat hij op een plek vlakbij de stoep stond toen hij zijn behoefte deed, ongeveer een meter richting de struiken. Het voor het publiek opengestelde pad door het park kan als openbare weg in de zin van de apv worden aangemerkt, zo oordeelt het hof. Vanaf dit pad was te zien dat de man zijn behoefte deed. Hij deed dus zijn behoefte aan de openbare weg, de overtreding is dus begaan.
Schuld
Daarnaast kan volgens het hof niet gezegd worden dat er geen sprake is van schuld. De man was ervan op de hoogte dat horecavoorzieningen hem vanwege de coronamaatregelen niet konden toelaten. Ook wist hij dat hij best vaak een plotselinge aandrang heeft om te plassen. Daarom had hij hier rekening mee kunnen en moeten houden, in die zin dat hij er tijdens zijn wandeling die dag voor had moeten zorgen dat de overtreding kon worden voorkomen. Bijvoorbeeld door te kiezen voor een of meer kortere wandelingen in plaats van een lange wandeltocht. Ook had hij zijn wandeling op een ander tijdstip kunnen plannen. Tijdens de zitting vertelde hij namelijk uitgebreid dat er overdag wél voldoende openbare toiletten open waren, ook al golden er coronamaatregelen.
Het hof bevestigt dan ook de beslissing van de kantonrechter.