Sandra Hagenbeek is een vertrouwd gezicht en een bekende stem. Zij is meestal de eerste die je ziet bij binnenkomst of die je te spreken krijgt als je belt naar kantoor. Sandra is een doener, houdt van opruimen en ordenen. Als er iets geregeld moet worden dan weet men haar te vinden.
Interview door Berry Kessels
Zij is meestal de eerste die je ziet als je binnenloopt bij De Kempenaer Advocaten op de achtste verdieping van het kantoor aan de Groningensingel in Arnhem-Zuid. Sandra Hagenbeek, al sinds 2000 een van de bekendste gezichten van De Kempenaer. Ze kent de meeste klanten en verwelkomt hen met een warme lach. Zij is ook degene die er altijd aan denkt om hen bij vertrek een uitrijpas in de hand te drukken.
‘Ik begon op 1 april bij de receptie en na een paar maanden ging ik aan het werk als secretaresse. Eén collega zegt tot op de dag van vandaag dat mijn aanstelling een 1-aprilgrap is. Ik hou wel van dat soort humor. Daarvoor had ik gewerkt bij de Amrobank en een makelaarskantoor.’
Regeldingen
Sandra Hagenbeek is ook degene die zo’n beetje alle huishoudelijke zaken op kantoor regelt. Ze houdt de voorraden bij, doet de catering voor seminars, organiseert de logistiek. ‘Ik vind al die regeldingen leuk en ik durf te zeggen dat ik er goed in ben. Nu ben ik bezig om het archief op te ruimen en opnieuw in te delen. Heerlijk in mijn eentje bezig. In mijn hoofd weet ik al hoe het gaat worden.’
‘Ik ben echt een doener.’
Het wordt gezien en gewaardeerd op kantoor, evenals haar openheid. Ze heeft het hart op de tong. Ze pakt ongevraagd zaken op die geregeld moeten worden. ‘Ik zie dat en ik ga lopen. Ik ben echt een doener.’ Dat begon al vroeg. Een van haar oudste herinneringen is die aan een sinterklaasbezoek op school. ‘Ik zag sint voor het eerst. Ik mocht bij hem op schoot en hij vertelde dat hij zo trots op me was omdat ik mijn moeder altijd hielp met schoonmaken en opruimen.’
‘Geef mij een zolder vol rommel en ik ben gelukkig.’
Al vroeg een liefde voor orde en reinheid, dus. Als kleine meid ging ze bij haar vriendinnen de kamer opruimen. ‘De moeders vonden dat geweldig. Kreeg ik een koetjesreep of koekje als beloning. In de flat waar ik woonde veegde ik het trappenhuis van boven naar beneden schoon en klopte alle deurmatten uit. Als ik rotzooi zie, jeuken mijn handen. Geef mij een zolder vol rommel en ik ben gelukkig.’
Honkvast maar wel in voor verandering
Sandra Hagenbeek noemt zich honkvast, maar dat honk zelf is constant aan verandering onderhevig. ‘Dan zit ik op een stoel in mijn woonkamer rond te kijken en te bedenken wat ik kan veranderen.’ Ze begint meteen en in een mum van tijd staat alles anders. ‘Vroeger gebeurde dat elke maand. De tv heeft in elke hoek van de kamer gestaan. Ik wisselde niet alleen de meubels om maar ging ook verven en behangen. Weet je, ik houd niet van handwerken. Dat duurt me te lang. Maar dit? Heerlijk! Ik plak twee stroken nieuw behang op de muur en ik zie al resultaat.’