Een vrouw heeft na haar ontslag bij haar werkgever, een vennootschap onder firma (vof), recht op verschillende vergoedingen. Zij kan die ook op de inmiddels uitgetreden vennoten van de vof verhalen, zo oordeelt de kantonrechter van de rechtbank Rotterdam in deze uitspraak.
Een vrouw heeft een arbeidsovereenkomst met een vennootschap onder firma. Na twee jaar zegt deze vof dit contract op. Bij de kantonrechter van de rechtbank Rotterdam eist de vrouw een gefixeerde schadevergoeding, een transitievergoeding en een billijke vergoeding, die worden toegewezen. De vraag is nu wie deze vergoedingen moet betalen. Op het moment van het ontslag waren drie van de vier vennoten al uit de vof getreden, er is nog één vennoot over.
Hoofdelijk aansprakelijk
De kantonrechter oordeelt dat alle vennoten, dus óók die zijn uitgetreden, hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de betaling van de ontslagvergoedingen aan de vrouw. Dit is het geval omdat zij een arbeidsovereenkomst is aangegaan met de vof, die op dat moment vier vennoten had. Uit vaste rechtspraak volgt dat een arbeidsovereenkomst met een vof moet worden beschouwd als een arbeidsovereenkomst met de gezamenlijke vennoten. Een werknemer van een vof kan vorderingen uit de arbeidsovereenkomst of het ontslag daarom verhalen op de gezamenlijke vennoten, met de mogelijkheid van verhaal op het afgescheiden vermogen van de vof (als dat er is). Ook kan een werknemer de vorderingen verhalen op elke afzonderlijke vennoot, met de mogelijkheid van verhaal op het privévermogen van die vennoot.
Duurovereenkomst
Volgens de kantonrechter zijn de vof en de vier vennoten aansprakelijk voor de bedragen waarop de vrouw al recht had vóór het moment van uittreding van de vennoten. Omdat een arbeidsovereenkomst een duurovereenkomst is, zijn de drie uitgetreden vennoten ook aansprakelijk voor bedragen waarop de vrouw na het uittreden van de vennoten recht krijgt, ook die in verband met haar ontslag. Dat een vennoot uit de vof treedt, maakt geen einde aan zijn aansprakelijkheid voor verbintenissen met een werknemer. Het ligt op de weg van de (uitgetreden) vennoten om hierover onderling nadere afspraken te maken. Deze afspraken kunnen niet aan een werknemer worden tegengeworpen.
Incasseren
Deze vier vennoten zijn volgens de kantonrechter dus hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de vergoedingen. Zij kan die incasseren bij alle vennoten. Als één van hen heeft betaald, hoeven de anderen dat niet meer te doen. Omdat de vof nog steeds is ingeschreven in de Kamer van Koophandel, kan de vrouw ook bij de vof aankloppen voor betaling.