Bij het verlaten van een parkeergarage snel onder de slagboom doorrijden, direct achter een voorganger aan? Dat heet ‘treintje rijden’. De boete die de rechter daarvoor kan opleggen is hoog.
Een man rijdt een parkeergarage binnen en neemt een parkeerticket. Bij de ticketautomaat staat een informatiebord met parkeertarieven en de algemene voorwaarden van het parkeerbedrijf. Daarin staat onder andere dat ‘treintje rijden’ niet is toegestaan: direct achter een voorganger onder de slagboom doorrijden, die dan nog even openstaat.
Schadevergoeding
Dat is precies wat deze chauffeur wel doet: hij verlaat de garage zonder het parkeerticket in het apparaat te steken. Hij krijgt een rekening van het parkeerbedrijf: € 150 voor de verloren kaart en € 325 voor aanvullende schadevergoeding. Die laatste, aldus het parkeerbedrijf, bestaat uit geleden omzetderving, gemaakte kosten, uitgevoerde werkzaamheden, reeds gedane en toekomstige investeringen en ingeschakelde derden. Van de schadevergoeding gaat ook een preventieve werking uit: een volgende keer zal deze chauffeur het ‘treintje rijden’ wel laten.
Kentekenherkenning
De chauffeur betaalt niets: hij heeft immers het parkeergeld (€ 30) betaald aan de betaalautomaat. Hij dacht dat de parkeergarage gebruikmaakte van kentekenherkenning. De slagboom bleef na het uitrijden van zijn voorganger openstaan, waardoor de chauffeur werd bevestigd in zijn gedachte dat hij zijn ticket niet hoefde in te voeren. Door de grote afstand tussen de auto’s kan er geen sprake zijn van ‘treintje rijden’, zo vindt hij.
Treintje rijden bewezen
Dat de man het parkeergeld heeft betaald, ziet ook de kantonrechter (rechtbank Zeeland-West-Brabant). Nu er geen sprake is van een verloren kaart, hoeft de chauffeur de boete daarvoor (€ 150) niet te betalen. En dat treintje rijden? Uit een video van de parkeergarage blijkt dat de voorganger van de chauffeur zijn parkeerticket invoerde. Nadat die onder de slagboom wegreed, bewoog de slagboom naar beneden. De chauffeur reed er snel achteraan – zonder zijn parkeerticket in te voeren. Het treintje rijden is dus bewezen. De chauffeur handelde in strijd met de algemene voorwaarden. Maar moet hij ook de aanvullende schadevergoeding betalen?
Niet onredelijk bezwarend
De vraag hierbij is of een dergelijk beding voor een consument (de chauffeur) niet ‘onredelijk bezwarend’ is. Dat is het niet, oordeelt de kantonrechter. De aanvullende schadevergoeding is ook bedoeld om gevaar voor andere verkeersdeelnemers in en buiten de parkeergarage tegen te gaan. Voor de preventieve werking van de boete is het nodig dat deze zo hoog is dat parkeerders worden geprikkeld om de regels na te leven. Ook in eerdere rechtszaken werd het beding over de schadevergoeding niet als oneerlijk gezien. De chauffeur moet € 325 betalen. Het bedrag wordt niet gematigd, zoals de chauffeur nog vroeg.