Een vrouw laat door haar tandarts zogeheten facings over haar eigen tanden plaatsen. De factuur betaalt ze niet, nu de facings een andere kleur hebben dan was afgesproken. Pijn in het gebit heeft ze sinds de behandelingen ook en dus wil ze een schadevergoeding.
De vrouw wil bij de tandarts facings laten plaatsen, kleine schildjes van composiet of porselein die over de eigen tanden worden geplaatst. Daarvoor sluit ze met haar tandarts een overeenkomst af, waarbij een bepaalde kleur voor de facings wordt afgesproken. Een externe tandtechnieker krijgt de opdracht deze te maken.
Pasfase
Verschillende behandelingen volgen en daarna stuurt de tandarts de vrouw drie facturen (€ 1.546, € 1.333 en € 490). De moeder van de vrouw mailt de tandarts daarop dat de facings van haar dochter niet de afgesproken kleur hebben. Ze schrijft dat de tandarts dit meerdere keren heeft ontkend, maar dat er bewijs is en dat ze een advocaat zullen inschakelen als de tandarts niet met hen in gesprek wil. Die reageert daarop per mail dat de dochter tijdens de pasfase nadrukkelijk is gevraagd of ze het werk mooi vond en akkoord ging. De begrotingen zijn getekend, het werk is geaccepteerd tijdens de pasfase, aldus de tandarts. Er volgt een nieuwe factuur van € 4.165, die ziet op het plaatsen van de facings door de tandarts.
Aanmaningen
De vrouw betaalt deze factuur ook na aanmaningen niet. Het bedrijf dat de openstaande vordering van de tandarts heeft overgedragen gekregen stapt naar de rechtbank Amsterdam. Het bedrijf wil dat de vrouw wordt veroordeeld tot betaling van € 4.165 en eist ook betaling van € 541 aan buitengerechtelijke incassokosten en € 765 aan contractuele rente.
Kleurverschil
Volgens de vrouw is de tandheelkundige behandeling niet goed uitgevoerd. De tandarts heeft haar tanden afgeslepen voordat de opzetstukken klaar waren, waardoor zij maanden met afgeslepen tanden moest rondlopen. Een wortelkanaalbehandeling is slecht uitgevoerd en de facings hebben de verkeerde kleur. Verder zijn de kosten van de plaatsing van een kroon ten onrechte doorberekend. De kroon had wél de juiste kleur, waardoor er nu kleurverschil is met de facings. Haar tanden zijn na de behandeling ook nog eens gevoeliger. De tandarts is toerekenbaar tekortgeschoten in de nakoming van de behandelovereenkomst, stelt de vrouw, en daardoor heeft ze schade geleden van in totaal € 16.040. Als voorschot op de schadevergoeding eist ze € 3.000.
Telefoongesprek
De kantonrechter stelt vast dat de vrouw opdracht heeft gegeven tot het plaatsen van facings met een bepaalde kleur. Uit een door haar overgelegde geluidsopname van een telefoongesprek tussen de tandarts, haar assistente en een externe tandtechnieker blijkt dat de tandarts facings met een andere kleur heeft geplaatst. De tandtechnicus en de tandarts bevestigen in dat gesprek dat de kroon wel de afgesproken kleur heeft, zodat er nu kleurverschil is. Dat is ook te zien op een foto. Verder zegt de tandarts in het gesprek dat de behandeling langer dan normaal duurde en dat zij daarom maar de andere kleur gebruikte, maar dat ze niet uitsluit dat de vrouw dat niet accepteert.
Opschorten mocht
Na de zitting verandert de tandarts haar standpunt: zowel de facings als de kroon hebben de afgesproken kleur, maar doordat een kroon compacter is ontstaat er kleurverschil. Dat zou haar pas na het telefoongesprek duidelijk zijn geworden. Dit gaat er bij de kantonrechter niet in. De tandarts had, gelet op de door haar in het telefoongesprek gemaakte concrete verwijten jegens de tandtechnieker over het kleurverschil en de toelichting van de vrouw op de zitting dat de tandarts de verkeerde kleur facings heeft geplaatst, niet kunnen volstaan met alleen maar zo’n betwisting. Ze had dit nader moeten onderbouwen, bijvoorbeeld met een verklaring van de tandtechnieker. Ook kan ze zich er niet met succes op beroepen dat de vrouw de facings tijdens de proefsessie heeft geaccepteerd. De vrouw mocht haar betalingsverplichtingen daarom opschorten; de vordering van het bedrijf om € 4.165 te betalen wordt afgewezen.
Niet-ontvankelijk
De schade die de vrouw wegens wanprestatie zou hebben geleden krijgt zij in deze procedure niet vergoed. Daarvoor moet ze namelijk niet bij het bedrijf zijn dat de vordering van de tandarts overnam, maar bij de tandarts zelf. Die heeft de medische behandeling immers uitgevoerd. Het bedrijf dat de vordering overnam is de tandarts alleen opgevolgd in de verbintenis over betaling van de behandelkosten. De vrouw is dan ook niet-ontvankelijk in haar vordering.