Wie veroordeeld is krijgt niet zo snel een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG), ook al is de laatste veroordeling al een tijdje geleden. Daardoor kan deze aspirant-koerier niet aan de slag bij een werkgever.
Een man dient een aanvraag in voor een Verklaring Omtrent het Gedrag voor de functie van koerier. Die VOG heeft hij nodig, omdat zijn werkgever koeriersdiensten verricht voor grote opdrachtgevers zoals PostNL en DHL. De minister voor Rechtsbescherming wijst de aanvraag af: in het Justitieel Documentatiesysteem (JDS) zijn verschillende veroordelingen van de man geregistreerd. Het gaat om veroordelingen voor onverzekerd rijden, bedreiging, overtreding van de Wet wapens en munitie en overtreding van de Zwitserse narcotica-, wapen- en verkeerswetgeving. Deze strafbare feiten vormen, zeker als zij worden herhaald, een risico voor het welzijn en de veiligheid van anderen en van de samenleving als geheel bij het uitvoeren van werkzaamheden als koerier. Volgens de minister weegt het algemeen belang voor beperking van de risico’s voor de samenleving zwaarder dan het belang van de man.
Strafbare feiten
De man gaat in beroep bij de rechtbank Overijssel, maar verliest de zaak. De rechtbank vindt dat de minister op goede gronden heeft aangenomen dat de in het JDS geregistreerde feiten gaan over strafbare feiten die niet te verenigen zijn met een behoorlijke uitoefening van de functie van koerier. Worden verkeersdelicten herhaald, dan is dat een risico voor het welzijn en de veiligheid van medeweggebruikers – en dat geldt ook voor de wapen- en geweldsdelicten. Rijdt de man weer onverzekerd, dan bestaat het risico dat hij veroorzaakte (letsel)schade niet of moeilijk kan betalen. Daar komt bij dat deze overtredingen ‘te recent’ hebben plaatsgevonden, zodat nog niet zeker is dat het risico voor de samenleving voldoende is afgenomen. De kans op herhaling wordt groter geacht, aangezien de man meermalen met justitie in aanraking is geweest.
Belangenafweging
Vooral dat laatste vindt de man niet terecht en hij gaat in hoger beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Hij vindt dat de belangenafweging in zijn voordeel had moeten uitslaan: sinds zijn veroordeling, nu vier jaar geleden, heeft hij er alles aan gedaan om zijn leven in de goede richting te dirigeren. Maar dat argument had hij al bij de rechtbank ingebracht en die heeft terecht geoordeeld, aldus de Afdeling, dat de man geen VOG krijgt. De man heeft geen redenen aangevoerd waarom de gemotiveerde beoordeling van de rechtbank onjuist of onvolledig zou zijn. Hij krijgt geen VOG en kan niet aan de slag als koerier.
