Een eigenaar van een snoepkraam staat al jaren met een snoepkraam op de kermis in een gemeente. Die wijst hem in 2023 een standplaats toe, waar de man het niet mee eens is. Hij maakt er daarom geen gebruik van en weigert de huur te betalen. Dat moet hij toch, beslist de kantonrechter van de rechtbank Zeeland-West-Brabant.
Voor de standplaats op de kermis in 2023 sluit de snoepkraameigenaar zoals gebruikelijk een overeenkomst met de gemeente. Daarin staat, op initiatief van de kraameigenaar, dat de kraam ‘een gebruikelijke staanplaats bij benadering’ krijgt. Ook is erin afgesproken dat de eigenaar een huursom moet betalen aan de gemeente. Deze huursom is hij volgens het contract ook verschuldigd als hij de huurplaats niet inneemt.
Standplaats
De eigenaar krijgt enkele weken voordat de kermis begint door de gemeente een standplaats toegewezen. Het is een plek aan een plein, 35 meter van de standplaats die hij in 2022 had. De eigenaar is daar niet blij mee. Volgens hem is dit niet de ‘gebruikelijke standplaats’ die is afgesproken en geen A-locatie zoals in 2022, maar een C-locatie.
Huur betalen
De kraameigenaar besluit de standplaats niet te gebruiken. Deze wordt daarop aan een ander vergeven. Wel eist de gemeente van de kraameigenaar dat hij de huursom van ongeveer € 11.000 betaalt. De man meent echter dat hij dit niet hoeft te betalen, omdat hij niet de afgesproken ‘gebruikelijke staanplaats bij benadering’ heeft gekregen.
Bedoeling
De kantonrechter onderzoekt wat de twee partijen bedoelden met een ‘gebruikelijke staanplaats bij benadering’. Daarbij staat voor de rechter vast dat de gemeente de snoepkraameigenaar in 2023 een standplaats aan een plein toewees die ongeveer 35 meter verwijderd was van de standplaats in een straat die het jaar ervoor was toebedeeld. Ter zitting hebben de gemeente en de kraameigenaar echter bevestigd dat de man jarenlang vóór 2019 ook aan dat plein stond. In 2019 stond de eigenaar daar niet met zijn kraam, omdat het plein werd verbouwd. Het jaar erop was er geen kermis vanwege corona en ook in 2021 was er om die reden een aangepaste kermisindeling.
Gebruikelijk
De eigenaar heeft dus maar één jaar in de door hem gewenste straat gestaan. Van een gebruikelijke standplaats in die straat, in de zin dat de eigenaar jaren achtereen die standplaats huurde, is volgens de kantonrechter dan ook geen sprake. In de zin van de overeenkomst is de plek waar hij jarenlang vóór 2019 stond eerder als de gebruikelijke standplaats aan te merken dan de plek waar hij in 2022 eenmalig stond. De gemeente heeft dan ook voldaan aan de overeenkomst door de kraameigenaar een plaats op het plein te geven. Hij moet de huur daarvan dan ook gewoon betalen.