Inhoudsopgave

Rechtbank legt ‘onbehoorlijke bestuurders’ bestuursverbod van vijf jaar op

Wordt een bestuurder veroordeeld voor onbehoorlijk bestuur van een rechtspersoon, dan kan de rechtbank hem een civielrechtelijk bestuursverbod opleggen. Dan mag hij een tijdlang niet als bestuurder of commissaris werken. Enkele bestuurders kregen deze sanctie opgelegd voor de maximale termijn van vijf jaar.

Nadat een bedrijf failliet is verklaard, wil de curator dat beide bestuurders worden veroordeeld om het boedeltekort te betalen, omdat ze hun taak als bestuurder onbehoorlijk hebben vervuld. Dat wordt door de rechtbank Overijssel toegewezen. De curator wil ook dat hen een bestuursverbod wordt opgelegd. Daarover kan de rechtbank niet direct beslissen. De curator moet eerst de rechtbank informeren of beiden ook bestuurder of commissaris zijn van andere rechtspersonen en daarover meer informatie verschaffen. De vervolgprocedure gaat over de vraag of de rechtbank aan de hand van die informatie het bestuursverbod oplegt.

Bestuursverbod

Nu de bestuurders aansprakelijk zijn voor het faillissementstekort, kan hen beiden een bestuursverbod van maximaal vijf jaar worden opgelegd vanaf het moment dat de uitspraak hierover onherroepelijk is geworden. In de Faillissementswet staat dat de curator dan een uittreksel uit het Handelsregister over moet leggen van de andere rechtspersonen waarvan de veroordeelde bestuurders ook bestuurder of commissaris zijn. Deze rechtspersonen mogen dan tegenover de rechter verklaren wat een eventueel bestuursverbod voor hen betekent.

Stichting

Een van de bestuurders was ook bestuurder van vijf andere bedrijven, maar heeft zich inmiddels teruggetrokken uit twee ervan. Een van de resterende rechtspersonen is een stichting, die het leven van een kind dat aan een ziekte lijdt financieel makkelijker maakt. Deze bestuurder moet de belangen van de langstlevende ouder behartigen. Hij heeft geen toegang tot de financiën, maar wordt wel betrokken bij belangrijke beslissingen. Voor de rechtbank is dat wat mager: de man kan ook een rol bij deze stichting spelen zonder dat hij bestuurder is. De andere twee rechtspersonen, waarvan de man ook bestuurder is, hebben niets van zich laten horen.

Geen bezwaren

De andere bestuurder had nog een bestuursfunctie in één vennootschap – daar is hij de enige bestuurder. Van deze vennootschap zijn geen bezwaren bekend tegen de oplegging van een bestuursverbod. Zo zijn er voor beide bestuurders geen zwaarwegende argumenten naar voren gebracht tegen een bestuursverbod.

Bestuursverbod voor vijf jaar

Omdat de rechtbank de onbehoorlijke taakvervulling ‘ernstig’ vindt, wordt aan beiden een civielrechtelijk bestuursverbod voor vijf jaar opgelegd. In die tijd mogen zij niet worden benoemd tot bestuurder of commissaris van een rechtspersoon en mogen ze niet optreden als feitelijk beleidsbepaler van een rechtspersoon. De griffier moet dit vonnis direct naar de Kamer van Koophandel sturen, zodat die de bestuurders kan uitschrijven uit de huidige rechtspersonen en het bestuursverbod kan registeren.

ECLI:NL:RBOVE:2024:3535

Bron:Rechtbank Overijssel | jurisprudentie | ECLI:NL:RBOVE:2024:3535 C/08/296299 / HA ZA 23-181 | 02-07-2024
Facebook
Twitter
LinkedIn
Print

Meer weten?

Neem contact met ons op!

Mail

DELEN

Facebook
Pinterest
Twitter
LinkedIn