Een vrouw wordt onterfd in het testament van haar inmiddels overleden vader. Haar broer en zus zijn enige erfgenamen. De vrouw wil de rechtsgeldigheid van het testament aanvechten. Haar vader was wilsonbekwaam op het moment dat het testament werd verleden, stelt ze. Om dat aan te tonen vordert zij bij de voorzieningenrechter van de rechtbank Rotterdam zijn medisch dossier van de huisarts en twee andere zorgverleners.
Als hoofdregel geldt dat een hulpverlener geen medische gegevens aan anderen dan de patiënt mag verstrekken zonder diens toestemming. Dit beroepsgeheim geldt ook na het overlijden van de patiënt, tenzij een derde een zwaarwegend belang heeft en inzage noodzakelijk is voor de behartiging van dat belang.
Zwaarwegend belang
Volgens de vrouw heeft zij een zwaarwegend belang: met het medisch dossier wil ze de rechtsgeldigheid van het testament aanvechten. Zij heeft concrete aanwijzingen dat haar vader niet bekwaam was toen het testament werd verleden. Zo was hij al twee jaar vergeetachtig en had hij hulp nodig bij het op tijd innemen van zijn medicijnen. Ook heeft een geriater enkele maanden na het verlijden van het testamant vastgesteld dat haar vader cognitieve problemen had. Zijn medisch dossier is de enige informatiebron die hierover definitief duidelijkheid kan geven, zo stelt de vrouw.
Geen twijfel
Volgens de voorzieningenrechter zijn de argumenten van de vrouw echter onvoldoende om te vermoeden dat haar vader wilsonbekwaam was. Uit een verslag van de geriater van enkele maanden voor het verlijden van het testament blijkt dat slechts sprake was van milde cognitieve stoornissen. Daarnaast heeft de notaris die het testament opstelde verklaard dat hij geen enkele twijfel had over de wilsbekwaamheid van de man. Verder blijkt uit een proces-verbaal van een plaatsopneming in een andere procedure dat hij enkele maanden na het verlijden van het testament heel goed in staat was om zijn wensen te uiten en zich bewust was van de ruzie tussen zijn drie kinderen.
Noodzaak niet aangetoond
Verder heeft de vrouw niet aangetoond dat inzage in het medisch dossier van haar vader noodzakelijk is voor het behartigen van haar belang. Het is bijvoorbeeld niet duidelijk dat dit duidelijkheid kan geven over zijn wils(on)bekwaamheid. Volgens de huisarts is de informatie over de mate van dementie alleen in het medisch dossier te vinden als daarover vragen zijn gesteld. Dat dit is gebeurd, is niet gebleken. De andere twee zorgverleners beschikken niet over medische informatie over de periode van het verlijden van het testament.
Afbreuk
De voorzieningenrechter weegt verder nog mee dat de vrouw meer voor de hand liggende wegen om de informatie te verkrijgen onbenut heeft gelaten. Zo hebben de huisarts en zorgverleners haar verwezen naar de notaris en geriater. Dat de vrouw niet verder met hen heeft gesproken doet afbreuk aan de door haar gestelde noodzaak. De voorzieningenrechter concludeert dan ook dat zij geen recht heeft op de medische informatie over haar vader.
