Een vrouw koopt een paard. Veel plezier heeft zij er niet van: een half jaar na de aankoop wordt het dier ‘wegens gebreken’ geëuthanaseerd. Via de kantonrechter probeert de vrouw haar geld terug te krijgen.
De vrouw stelt dat het paard niet aan de overeenkomst beantwoordde. In juridische termen: er is sprake van ‘non-conformiteit’. Een consument kan hierop alleen een beroep doen als er tijdig bij de verkoper is geklaagd. Deze vrouw kocht het paard op de dag waarop het dier door een dierenarts is gekeurd. Daarna kampte het met gebitsproblemen. Ruim vier maanden later is het dier onder verdoving onderzocht. Daarbij zijn twee afgebroken kiezen geconstateerd. Omdat de gebitsproblemen niet konden worden behandeld, heeft de dierenarts het paard twee maanden later laten inslapen.
Non-conformiteit
De vrouw heeft de verkoper over de problemen geïnformeerd, maar wanneer dat gebeurde is onduidelijk. Er is één gedateerde brief bekend waarin zij de verkoper op de hoogte stelt van de gebreken. Maar die brief is niet binnen de twee maanden na ontdekking van het gebrek verstuurd, en ruim zeven maanden na de aankoop van het paard. Nu de vrouw de verkoper niet tijdig in kennis heeft gesteld van de gebitsproblemen, kan zij geen beroep meer doen op non-conformiteit. Dan kan de koopovereenkomst niet meer worden ontbonden en krijgt zij geen schadevergoeding.
Dwaling
Kan de vrouw zich beroepen op dwaling? Zij stelt dat de verkoper haar had moeten inlichten over mogelijke gebreken. Had ze daarvan geweten, dan had zij dit paard niet gekocht. Maar het staat niet vast dat de verkoper van de gebreken op de hoogte was, en de vrouw daarover had moeten of kunnen inlichten. Het blijft onduidelijk of de gebitsproblemen er al bij de aankoop waren, en of een of beide partijen een onjuiste voorstelling van zaken had of hadden bij het sluiten van de overeenkomst.
Tanden wisselen
Het paard is een maand na de aankoop medisch onderzocht. Daaruit bleek dat de tanden aan het wisselen waren, wat normaal was gezien de leeftijd van het dier. Dat wisselen van de tanden kan belangrijk zijn, stelt de kantonrechter (rechtbank Zeeland-West-Brabant). Dit kan erop duiden dat het paard de gebrekkige kiezen mogelijk nog niet had bij de aankoop. Wat de precieze staat van het gebit was bij de aankoop staat niet vast. Als de tanden toen slecht waren, had de verkoper niet behoeven te begrijpen dat de vrouw daardoor de koop niet had gesloten. De vrouw heeft niet gedwaald, en de verkoper ook niet. Ook op grond van dwaling kan de koopovereenkomst niet worden vernietigd en krijgt de vrouw geen schadevergoeding.