Inhoudsopgave

Minister moet beter aangeven waarom ontheffing wapenbezit niet mogelijk is

Een figurant wil bij het naspelen van een historische gebeurtenis een oud wapen hebben. De Wet wapens en munitie stelt regels over ontheffingen. Maar de redenering van de minister van Justitie en Veiligheid, die de ontheffing kan verlenen, is niet te volgen.

Een man is lid van een vereniging die historische gebeurtenissen naspeelt (‘re-enactment’). Hij bestelt een vuurwapen dat overeenkomt met een Browning M2.50 machinegeweer (de ‘Eddy MM’), dat tijdens de Tweede Wereldoorlog veel werd gebruikt. Hiervoor vraagt hij ontheffing aan, zodat hij dit wapen in bezit mag hebben. Als de minister dit afwijst, procedeert de man door tot de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

Redelijk belang

In de Wet wapens en munitie staat dat de minister ontheffing kan verlenen voor bepaalde wapens. De precieze voorwaarden staan in de Circulaire wapens en munitie 2019. Zo moet de aanvrager van een ontheffing een ‘redelijk belang’ bij dit wapen hebben. De Afdeling leidt hieruit af dat ontheffing kan worden verleend voor een modern vuurwapen als de Eddy MM.

Andere voorwaarden

Maar de minister is gaan zwalken. Eerst zou de man geen redelijk belang hebben bij de ontheffing. Later betoogt de minister dat er wel een belang is, maar dat pas een ontheffing kan worden verleend als de Eddy MM is gedemilitariseerd – en dat is niet het geval. Weer later stelt de minister dat de man geen aantoonbaar belang heeft omdat de Eddy MM een getransformeerde Browning is, waarvoor andere voorwaarden gelden. Met dergelijke wisselende redeneringen is het onduidelijk of er wel of geen redelijk belang is bij de ontheffing, vindt de Afdeling.

Veiligheid van de samenleving

In de Wet wapens en munitie staat dat ontheffingen worden geweigerd wanneer daartoe dringende redenen bestaan. Volgens de minister zal een verlening van ontheffing voor de Eddy MM met zich meebrengen dat deze op grote schaal in originele staat verkrijgbaar zal zijn, wat weer zorgt voor een onbeheersbare toename van het aantal vuurwapens dat legaal voorhanden zou mogen worden gehouden. Dat raakt aan de veiligheid van de samenleving. Tegelijk zegt de minister: het is niet de bedoeling dat zware moderne vuurwapens als de Eddy MM worden gebruikt voor re-enactmentactiviteiten. Maar dit heeft de minister op de zitting niet kunnen toelichten en ook niet hoe verlening van de ontheffing zal zorgen voor een onbeheersbare toename van vuurwapens. De stelling van de minister is te algemeen, vindt de Afdeling, temeer nu de Eddy MM een omgebouwd vuurwapen is dat bestaat uit onderdelen van andere vuurwapens. Weer motiveert de minister onduidelijk en onvoldoende waarom de man geen ontheffing krijgt.

Gelijkheidsbeginsel

De man zelf beroept zich ook op het gelijkheidsbeginsel. De minister heeft in drie andere gevallen ontheffingen verleend voor de Eddy MM voor re-enactments. De minister kan niet aantonen waarom toen wel ontheffing is verleend en in deze zaak niet. De Afdeling vernietigt de uitspraak van de rechtbank die de minister in eerste instantie gelijk gaf. De minister moet een nieuw besluit nemen en daarbij rekening houden met wat in deze uitspraak is bepaald.

ECLI:NL:RVS:2024:4628

Bron:Raad van State | jurisprudentie | ECLI:NL:RVS:2024:4628 | 12-11-2024
Facebook
Twitter
LinkedIn
Print

Meer weten?

Bel 026 – 35 22 888 of stuur een bericht.

Mail

DELEN

Facebook
Pinterest
Twitter
LinkedIn