Inhoudsopgave

Elke particuliere beveiliger moet toestemming hebben van de politie

Particuliere beveiligingsmedewerkers mogen alleen aan de slag als zij toestemming hebben van de politie. Maar geldt dat ook als zo’n medewerker een oproepkracht is? Daarover is tot aan de Raad van State geprocedeerd.

Een exploitant van een particuliere beveiligingsorganisatie krijgt van de minister voor Rechtsbescherming een boete van € 10.000 opgelegd wegens overtreding van de Wet particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus (Wpbr). Hij heeft drie medewerkers werk laten verrichten zonder dat zij over de benodigde politietoestemming beschikten. Een van de medewerkers maakte zich hieraan drie keer schuldig (boete € 6.000), de andere twee hebben eenmaal werkzaamheden verricht zonder toestemming. Voor hen geldt elk een boetebedrag van € 2.000.

Beleidsregels

De exploitant vecht de boete aan bij de rechtbank Den Haag. Maar die geeft de minister gelijk: uit de Wpbr en de Beleidsregels particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus volgt duidelijk dat de exploitant zijn medewerkers niet mocht laten werken zonder politietoestemming. Dat hij pas sinds kort zijn zaak uitoefent maakt dit niet anders: hij had de regels moeten kennen.

Verlaging boete

De exploitant spreekt van een ‘flinke financiële aderlating’, maar onderbouwt niet dat de boete disproportionele financiële gevolgen heeft. Toch verlaagt de rechtbank de boete naar € 8.000, omdat onvoldoende is gebleken dat een van de medewerkers daadwerkelijk werkzaam is geweest voor deze exploitant. Het is voor de exploitant niet genoeg: hij gaat in hoger beroep bij de Raad van State.

Toestemming

De Afdeling bestuursrechtspraak is heel duidelijk: in de Wpbr staat nadrukkelijk dat een beveiligingsorganisatie of recherchebureau geen personen tewerkstelt die belast zullen worden met werkzaamheden, zonder toestemming van de korpschef. Is die beveiligingsorganisatie of dat recherchebureau gevestigd op een luchtvaartterrein, dan wordt de toestemming verleend door de commandant van de Koninklijke Marechaussee. In de Beleidsregels staat dat toestemming is vereist voor al het personeel en dus niet alleen voor het personeel dat beveiligings- of recherchewerkzaamheden verricht. Toestemming is ook vereist als beveiligingsorganisaties extra personeel inlenen van een andere beveiligingsorganisatie.

Boete terecht

Deze exploitant stelt dat voor twee ‘werknemers’ geen toestemming van de korpschef vereist was. Zij zijn immers een oproepkracht en een zelfstandige zonder personeel, en kunnen dus niet als ondergeschikten worden gezien. En voor niet-ondergeschikten is geen toestemming nodig. Maar dat is al aan de orde geweest in de bezwaarprocedure en in procedure bij de rechtbank, stelt de Afdeling, en wat de rechtbank daarover heeft beslist blijft in stand. Uit de Wpbr volgt, anders dan de exploitant betoogt, niet dat toestemming voor tewerkstelling alleen moet worden gevraagd voor werknemers met wie een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht is gesloten, waardoor op die wijze een gezagsverhouding is ontstaan. Ook oproepkrachten moeten aan die verplichting voldoen. De boete (€ 8.000) is terecht opgelegd.

ECLI:NL:RVS:2024:3221

Bron:Raad van State | jurisprudentie | ECLI:NL:RVS:2024:3221 202204139/1/A3 | 06-08-2024
Facebook
Twitter
LinkedIn
Print

Meer weten?

Bel 026 – 35 22 888 of stuur een bericht.

Mail

DELEN

Facebook
Pinterest
Twitter
LinkedIn