Waar menig ander op zo’n moment zou verlangen naar de omhelzing van zijn donzige dekbed, is Frank Menger domweg gelukkig. ‘Heerlijk als ik om drie uur ’s nachts in een greppeltje lig’, zegt hij.
Interview door Berry Kessels
Als reservist in het leger moet hij zich regelmatig meten met de elementen, kou en nattigheid trotseren. En, als het nodig is, er staan voor zijn land. Grote woorden zijn niet echt aan Frank Menger besteed. Hij vindt het vooral leuk. ‘Heel veel trainen en je hoeft alleen maar te luisteren. De sfeer bevalt me. Op zo’n moment ben je met gelijkgestemden. Met mensen die ik in mijn normale leven nooit zou tegenkomen – uit alle lagen van de samenleving.’
In het leger heb ik geleerd dat je iemand soms moet laten uitrazen. Dat je er niet altijd meteen overheen moet willen gaan.
In vroegere tijden, toen gezonde jongemannen moesten opkomen voor het leger, gold dat als een smeltkroes. Een plek waar de dokterszoon leerde werken met de boerenjongen, de jeugdige arbeider met de student. In deze tijd waarin velen het liefst verkeren in hun digitale bubbel, zijn er maar weinigen die buiten hun comfortzone durven te treden.
Frank Menger wel. En hij heeft er veel aan, ook in zijn huidige werk als advocaat bij De Kempenaer. ‘In het leger heb ik geleerd dat je iemand soms moet laten uitrazen. Dat je er niet altijd meteen overheen moet willen gaan. Je leert omgaan met andere mensen. Met agressie. Niet onbelangrijk als advocaat.’ Als soldaat in het korps reservisten kan hij belast worden met bewakings- en beveiligingstaken. De reservisten moeten paraat staan, zeker als de beroeps in het ergste geval naar het buitenland moeten. Niet ondenkbaar in deze woelige tijden waarin Europa meer en meer op zichzelf is aangewezen.
Gevoel voor rechtvaardigheid
Frank Menger werd geboren in Zevenaar en is deel van een eeneiige tweeling. ‘Mijn broer is mijn beste maatje, maar op een gegeven moment ben je op zoek naar je eigen identiteit. Ik droeg altijd blauw, mijn broer rood,’ hij pauzeert even, ‘…vermoedelijk wisten mijn ouders het anders ook niet.’ Hij grijnst breeduit.
Na de middelbare school gingen hun wegen uiteen. Zijn broer ging bedrijfskunde studeren, Frank Menger stortte zich op bestuurskunde. In het tweede jaar maakte hij kennis met de rechtswetenschappen en daar vond hij zijn bestemming. Het sloot aan bij wie hij als kind was. ‘Als vrienden onrechtvaardig behandeld werden, trok ik mijn mond open.’ Hij ging meer vakken volgen op de rechtenfaculteit en vanaf het derde jaar bestuurskunde was hij tevens volwaardig student rechten.
Twee studies, sporten en werken
Hij verhuisde in zijn tweede jaar naar zijn studiestad Nijmegen en zette zich in voor de studieverenigingen van bestuurskunde en rechten. Zijn vrije tijd vulde hij met sport. ‘Mountainbiken, voetbal, sportschool. Heerlijk, even alleen naar je eigen gezeik luisteren.’
Met twee bachelors op zak koos hij voor een specialisatie in het ondernemingsrecht. In 2022 was hij klaar.
Tijdens en na zijn studie werkte hij bij de rechtbank in Amsterdam. ‘Een speciaal project, in de nasleep van het effectenleaseschandaal.’ Kort gezegd bracht de bank mensen ertoe om met geleend geld te beleggen. Alleen hadden de betrokkenen niet door dat het geld dat zij inlegden in feite betaald werd ter aflossing van een lening waarmee zij belegden. ‘Mensen dachten dat ze spaarden, maar toen de beurs kelderde, waren ze hun geld kwijt.’ Hij zat bij een speciaal team van de rechtbank dat deze zaken behandelde.
Van de rechtbank naar de advocatuur
Boeiend, maar na enkele jaren was hij toe aan een nieuwe stap. ‘De rechtbank is een warm nest, maar ik was benieuwd naar de private sector. Als advocaat moet je in principe je eigen brood verdienen. Dat spreekt mij aan.’
Hij zocht en vond, in De Kempenaer, een kantoor dat bij hem past. Aan de Zuidas staan de grote advocatenkantoren met de snelle meiden en jongens die het grote geld verdienen. ‘Dat heb ik snel afgeschreven. Je levert er alles voor in, althans zo begrijp ik de werkcultuur. Ik wil ook tijd hebben voor vrienden, sport en het leger.’
Modder aan de laarzen, klaar om in te springen bij calamiteiten.
Bij De Kempenaer richt hij zich voornamelijk op het ondernemingsrecht. ‘Ik zie mezelf het meest als procesbegeleider. Je zorgt ervoor dat een probleem wordt opgelost, het liefst zo voordelig mogelijk. Het gaat erom dat een ondernemer, wiens bedrijf bijvoorbeeld naar de knoppen dreigt te gaan, weer gerust kan slapen. Dat motiveert mij.’
Modder aan de laarzen, klaar om in te springen bij calamiteiten. Wat zegt dat over de advocaat die hij ook is? De greppel als metafoor voor toewijding en vastberadenheid, een symbool van de uitdagingen die overwonnen moeten worden? Ondanks alle relativering en humor is hij zich zeer bewust van de keuzes die hij maakt. Maatschappelijk betrokken. Bij een lezing vroeg generaal buiten dienst Van Uhm, vroeger de hoogste militair van Nederland, wie bereid was om te sterven voor zijn land. ‘Mijn maatje en ik staken onze hand op. Dat hoort er denk ik wel bij als je de keuze maakt om het militair tenue te dragen.’