Beëindigingsovereenkomst of vaststellingsovereenkomst
Een ‘beëindigingsovereenkomst’ of ‘vaststellingsovereenkomst’ is een schriftelijke overeenkomst waarbij werkgever en werknemer in onderling overleg het dienstverband beëindigen. In de overeenkomst wordt opgenomen onder welke voorwaarden dat gebeurt. Deze vorm van beëindigen is, zeker na de invoering van de Wet Werk en Zekerheid, niet meer weg te denken.
Wat moet in de vaststellingsovereenkomst worden opgenomen?
Een gesloten vaststellingsovereenkomst is moeilijk door partijen aan te tasten. Daarom is het van belang om goed op te letten of alles geregeld is wat geregeld moet worden.
Hierbij dient gedacht te worden aan de aanleiding/oorzaak van het ontslag, de opzegtermijn, het al dan niet betalen van een beëindigingsvergoeding, de eindafrekening, het vrijstellen van werk et cetera.
In ieder geval dient in de vaststellingsovereenkomst te zijn opgenomen dat de werknemer een bedenktijd van 14 dagen heeft vanaf het moment van overeenstemming (vaak wordt voor de zekerheid het moment van tekenen als uitgangspunt genomen). Zie hiertoe ook bedenktermijn.
Staat er geen bedenktijd in de vaststellingsovereenkomst, dan is de bedenktijd drie weken.
Ook kan het wenselijk zijn dat bepaalde bedingen blijven gelden na de beëindiging van de arbeidsovereenkomst, bijvoorbeeld het relatiebeding. Wordt dat niet expliciet in de vaststellingsovereenkomst opgenomen, dan kan daarop geen beroep meer worden gedaan indien tussen partijen finale kwijting wordt overeengekomen.
Zorg er voor dat alles goed geregeld is in de vaststellingsovereenkomst
Het opstellen van een vaststellingsovereenkomst is en blijft maatwerk. Zo kunnen per werknemer verschillen zaken een rol spelen, zoals diverse bedingen en wel of geen (transitie)vergoeding. Het zou zonde zijn als achteraf blijkt dat de vaststellingsovereenkomst niet goed is opgesteld, met alle gevolgen van dien.