Inhoudsopgave

Afspraken in appjes kunnen ook rechtsgeldig zijn

Vaak worden, buiten een officiële overeenkomst om, aanvullende afspraken gemaakt in mails of WhatsAppjes. De vraag is of die ook steeds moeten worden nagekomen. Afspraken over de klachttermijn gelden niet als die gaan over de hoogte van facturen.

Een man begint een restaurant en komt met een bedrijf overeen dat dit producten levert. De leveringsovereenkomst van dat bedrijf vindt de man erg technisch en hij laat er een jurist naar kijken. Ook al worden enkele aanpassingen gedaan blijft de restauranthouder het lastig vinden, maar hij laat in een e-mail weten wel akkoord te gaan. Mede door de coronapandemie trekt het restaurant minder bezoekers dan gepland. Verder betaalt de restauranthouder sommige facturen niet meer aan de leverancier, omdat ze niet in overeenstemming zouden zijn met de overeenkomst.

Onduidelijk wat is afgesproken

De leverancier stapt naar de rechtbank Rotterdam. Beide partijen zijn wel een schriftelijke overeenkomst aangegaan, maar doordat er over en weer is gecorrespondeerd over ‘aanvullende afspraken’, is nu onduidelijk wat precies is afgesproken. De leverancier vindt ook dat de restauranthouder over de facturen te laat heeft geklaagd: nu is de contractueel overeengekomen klachttermijn verstreken en moet hij gewoon betalen.

Klachten

Dit geschil gaat niet over de kwaliteit van de producten of diensten van de leverancier, maar over de vraag of correct is afgerekend, dus over de hoogte van de facturen. Daarom gaat een beroep op de klachttermijn in de algemene voorwaarden niet op. Ook de wettelijke klachtplicht is niet van toepassing, omdat het niet gaat over een gebrek in de geleverde prestatie. Het is vaste rechtspraak dat het opstellen en het toezenden van een factuur niet gelden als ‘prestatie’ in de zin van de klachtplicht. Regels over klachttermijnen gelden dan niet.

Rechtsverwerking

De leverancier beroept zich ook op ‘rechtsverwerking’. De restauranthouder heeft tweeënhalf jaar niets gezegd over inkoopprijzen en behaalde marges, en heeft daarmee volgens de leverancier het recht om over die onderwerpen te klagen ‘verwerkt’. Ofwel: wie aan het begin niet klaagt, moet veel later niet lopen zeuren. Maar dit beroep op rechtsverwerking gaat ook niet op. Van rechtsverwerking is alleen sprake als de gedragingen van een schuldeiser naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onverenigbaar zijn met het geldend maken van zijn aanspraken. Alleen het tijdsverloop of stilzitten rechtvaardigt geen beroep op rechtsverwerking.

Aanvullende afspraken

Het is duidelijk dat de restauranthouder de overeenkomst heeft aanvaard. Hij is ondanks zijn bedenkingen akkoord gegaan. Ook aanvullende e-mails met afspraken kunnen tot de overeenkomst behoren: overeenkomsten kunnen vormvrij worden aangegaan, ze zijn niet beperkt tot een enkel moment van schriftelijke vastlegging. Wel moeten die afspraken per stuk worden beoordeeld: wat heeft de ene partij ermee bedoeld, hoe mocht de andere partij dit opvatten? In deze zaak is duidelijk dat de restauranthouder niet het totaalbedrag van de facturen hoeft te betalen: de leverancier heeft iets te veel in rekening gebracht.

ECLI:NL:RBROT:2023:9263

Bron:Rechtbank Rotterdam | jurisprudentie | ECLI:NL:RBROT:2023:9263 C/10/649289 / HA ZA 22-1000 | 03-10-2023
Facebook
Twitter
LinkedIn
Print

Meer weten?

Neem contact met ons op!

Mail

DELEN

Facebook
Pinterest
Twitter
LinkedIn