In een huurovereenkomst staat dat de huurder administratiekosten moet betalen als zij de huur te laat overmaakt. Maar daarmee wijkt de verhuurder af van de wet, en wel in het nadeel van de consument. Dit is een oneerlijk beding, dat door de kantonrechter wordt vernietigd.
Een vrouw huurt een woning voor € 935 per maand. Er is een huurachterstand van € 2.762. De verhuurder eist dat die huurachterstand wordt betaald en dat de kantonrechter de huurovereenkomst ontbindt. Daarnaast eist de verhuurder betaling van administratiekosten.
Ontbinding
De kantonrechter (rechtbank Rotterdam) geeft de verhuurder op belangrijke punten gelijk. De vrouw moet de huurachterstand betalen en de huurovereenkomst wordt ontbonden. Dit laatste gebeurt omdat de vrouw verplicht was om de huur op tijd te betalen maar dat niet heeft gedaan. De huurachterstand is ernstig genoeg om het huurcontract te beëindigen: drie maanden is er niets betaald, twee maanden niet het volledige bedrag. Er zijn geen omstandigheden die tot gevolg hebben dat de ontbinding niet gerechtvaardigd is. Omdat de huurovereenkomst wordt ontbonden, moet de vrouw de woning met al haar spullen verlaten. Dat moet binnen 14 dagen nadat dit vonnis is betekend.
Administratiekosten
De verhuurder eist ook dat de vrouw administratiekosten betaalt. In de huurovereenkomst staat dat als een huurder pas na de vervaldatum van een betaalperiode de huur voldoet (dus te laat) de huurder € 10 (incl. btw) administratiekosten moet betalen. Maar deze bepaling is volgens de kantonrechter oneerlijk. Op grond van de wet is een huurder alleen de wettelijke rente en (nadat de zogenoemde 14-dagen-brief is gestuurd) incassokosten verschuldigd wanneer de huur te laat wordt betaald. Deze verhuurder wijkt met de bepaling over de administratiekosten af van de wet, en wel in het nadeel van een consument. Om die reden vernietigt de kantonrechter het beding over de administratiekosten, die hoeft de vrouw niet te betalen.