In de gemeente Oudewater ontstond een geschil over de vraag of een accountantskantoor zich in een nieuwbouwpand mag vestigen. Een overbuurman van het pand had daarover geklaagd. Onze advocaat mr. Evelien van de Vorle trad in deze zaak op als gemachtigde van de vergunninghouder.
Wat was er aan de hand? In de gemeente Oudewater (provincie Utrecht) werd op een bedrijventerrein een nieuw bedrijfsgebouw gerealiseerd. Dit bestaat uit twee verdiepingen: op de begane grond komen bedrijfshallen en de eerste verdieping is bedoeld voor een zelfstandige kantoorruimte zonder baliefunctie. Daarin zou een accountantskantoor komen. B&W van Oudewater verleenden, in samenspraak met de gemeenteraad, de omgevingsvergunning.
Parkeeroverlast
De overbuurman van het pand had daar moeite mee. Hij vreesde dat de gebruikers van zijn eigen pand nadelige gevolgen zouden ondervinden van het bouwplan, zoals parkeeroverlast. Zijn eigen pand beschikte over te weinig parkeerplekken en hij wilde niet dat die ook nog eens werden gebruikt door personeel en bezoekers van het accountantskantoor aan de overkant. Daarom stelde hij bij de rechtbank Midden-Nederland beroep in tegen de verleende omgevingsvergunning.
Provinciale Ruimtelijke Verordening
Volgens de overbuurman was het bouwplan in strijd met de Provinciale Ruimtelijke Verordening (PRV) van de provincie Utrecht. Daarin staat dat er geen zelfstandige kantoorfunctie mag komen zonder toestemming van de provincie. Maar de PRV kent uitzonderingen op die regel: in bepaalde gevallen is vestiging van een kantoor wel toegestaan. Dat geldt bijvoorbeeld voor zelfstandige kantoren met een lokaal vestigingsgebied. De vraag die de rechtbank moest beantwoorden is: voldoet het accountantskantoor aan dat criterium? Heeft het een lokaal vestigingsgebied?
Geen noodzaak
Volgens de overbuurman niet. Voor het accountantskantoor bestaat geen noodzaak om binnen de gemeente Oudewater gevestigd te zijn. Het kantoor kan zich, zo vond de overbuurman, ook best in een andere gemeente vestigen.
Netwerk opgebouwd
Het college van B&W en de gemeenteraad vinden daarentegen dat bedrijven die feitelijk activiteiten verrichten die in hoofdzaak een aan een gemeente gebonden karakter hebben onder een bedrijf met een lokaal vestigingsgebied kunnen vallen. Mede dankzij inbreng van onze advocaat raakte de rechtbank ervan overtuigd dat er sprake is van een zelfstandig kantoor met een lokaal vestigingsgebied.. Het accountantskantoor is 75 jaar geleden opgericht door mensen uit Oudewater, altijd in deze plaats gevestigd geweest en daar volledig geworteld. Het cliëntenbestand bestaat tussen de 60 en 70 procent uit bedrijven en particulieren die afkomstig zijn uit of rondom Oudewater. Meer dan de helft van de bedrijven die op het bedrijventerrein zijn gevestigd zijn klant van het kantoor. De accountants hebben jarenlang zorgvuldig hun netwerk opgebouwd, wat cruciaal is om klanten binnen te halen en te behouden – vertrouwen is in de accountancy een belangrijke factor. Daar komt bij dat veel werknemers van het accountantskantoor in Oudewater wonen en veelal op de fiets naar het werk komen. De rechtbank komt tot het oordeel dat het college van B&W en de gemeenteraad met deze uitleg binnen hun beleidsruimte zijn gebleven en in redelijkheid hebben kunnen stellen dat het accountantskantoor een kantoor met een lokaal vestigingsgebied is.
Andere kantoorruimtes niet geschikt
Maar had het accountantskantoor dan niet in een ander pand kunnen worden gevestigd, zoals de buurman wilde, bijvoorbeeld elders in de gemeente Oudewater ? Daar is veel onderzoek naar gedaan. Maar andere mogelijke kantoorruimtes waren te klein, werden al deels verhuurd, zouden op termijn worden omgebouwd tot appartementen of hadden alleen een ‘maatschappelijke’ bestemming. Het accountantskantoor zou niet kunnen worden gevestigd in andere gerealiseerde kantoren binnen de gemeente. Dan is nieuwvestiging toegestaan. Alles opgeteld is voldaan aan de uitzonderingssituatie in de PRV . De verordening laat toe dat deze accountant zich in dit pand vestigt en van de provincie is geen nadere toestemming nodig.
Omgevingsvergunning blijft in stand
Nu de rechtbank ook oordeelt dat het college van B&W de behoefte aan het bouwplan voldoende heeft onderbouwd, is het bouwplan niet in strijd met de PRV. De vrees van de overbuurman dat er sprake zou zijn van parkeeroverlast, heeft hij niet aangetoond en wordt door de rechtbank dan ook niet gedeeld. Dat komt ook omdat bij het accountantskantoor voldoende parkeerplaatsen waren gerealiseerd, conform de parkeernorm. Het accountantskantoor mag gebruik blijven maken van de omgevingsvergunning en dus in het pand blijven.
Lees hier de uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland.